Onlangs zijn de belangrijkste uitgangspunten van het 8e Actieprogramma Nitraatrichtlijn (8e AP) bekendgemaakt. Dit programma vormt de basis voor de mestregels die gelden in de periode 2026 tot en met 2029 en is daarmee ook voor jou van belang.
Iedere EU-lidstaat moet, met een Actieprogramma Nitraatrichtlijn, aangeven welke maatregelen genomen worden om de waterkwaliteit verder te verbeteren. Het 8e AP gaat over de periode 2026 t/m 2029 en moet voor 1 januari 2026 definitief zijn. Niet alle maatregelen zullen direct ingaan. De aangekondigde maatregelen zijn pas van toepassing als deze in Nederlandse wet- en regelgeving zijn opgenomen.
De minister wil de huidige maatregelen uit het 7e AP en de derogatiebeschikking voortzetten. Dit betekent voor jou dat de meeste huidige ‘mestregels’ van toepassing blijven. De minister geeft daarnaast aan dat aanvullende (generieke) maatregelen nodig zijn om de waterkwaliteit verder te verbeteren. Is de waterkwaliteit in jouw gebied in orde? Dan kun je te maken krijgen met versoepelingen. Echter, dit zal vooralsnog beperkt zijn.
Zoals aangegeven blijven de meeste (generieke) maatregelen voor jou van toepassing. De minister heeft onlangs enkele specifieke maatregelen benoemd.
De verplichte bufferstroken blijven van toepassing. Ligt jouw bedrijf in een gebied met klei of veen? En is de waterkwaliteit goed? Dan wordt de verplichte bufferstrook mogelijk 1 meter (i.p.v. standaard 3 meter).
Op de zandgronden ‘noord’ en ‘midden’ blijft, vanuit de mestregels, de 1:4-teelt van rustgewassen gelden. Heb je een bedrijf in het zuidelijk zandgebied of op löss? Dan moet je waarschijnlijk rustgewassen telen volgens een 1:3-teelt. Misschien dat je ook kunt kiezen voor een 2:6-teelt. Waarschijnlijk mag je dan, binnen een periode van 6 jaar, zelf kiezen in welke twee jaar je het rustgewas teelt. De regel is dan iets soepeler, maar nog steeds een flinke aanscherping van de 1:4-eis.
Bepaalde stikstofgebruiksnormen worden verlaagd. De aanpassingen worden afhankelijk van de grondsoort, het gewas en de waterkwaliteit.
Heb je een bedrijf in het zuidelijk zandgebied of op löss? En pas je graslandvernietiging toe? Dat wordt de stikstofnorm van het opvolgende gewas waarschijnlijk afhankelijk van de aanwezige hoeveelheid stikstof in de bodem.
Je kunt met een aanscherping van de fosfaatnorm te maken krijgen als jouw bedrijf in een gebied ligt waar de fosfaatnorm van het oppervlaktewater nog niet gehaald wordt. Ook kan het zijn dat je infiltratiegreppels aan moet leggen om afspoeling van fosfaat te voorkomen. Dit laatste geldt dan waarschijnlijk bij de teelt van bepaalde gewassen op bouwland.
Het plan is om de verplichting voor de teelt van een vanggewas na mais verder uit te breiden naar alle klei- en veengronden. Op klei/veen geldt deze verplichting op dit moment alleen als je derogatie hebt en het perceel in een NV-gebied ligt.
Grasland heeft t.o.v. bouwland een positief effect op de waterkwaliteit. Het voornemen is dan ook om maatregelen te nemen om het areaal grasland te behouden. Op dit moment is nog niet bekend hoe dit wordt uitgewerkt.
Ongetwijfeld ben je benieuwd welke maatregelen voor jou gaan gelden. Houdt de berichtgeving goed in de gaten.