Na goedkeuring door de Tweede Kamer heeft nu ook de Eerste Kamer ingestemd met een wetswijziging die meer duidelijkheid moet geven over servicekosten bij huurwoningen. In de wet is onder andere vastgelegd welke kosten wel en niet als servicekosten mogen worden gerekend. De nieuwe regels gelden vanaf 2026.
In de wetswijziging is onder meer een lijst met zaken opgenomen waarvoor servicekosten in rekening gebracht mogen worden. Denk aan de kosten van gas en elektra als er geen individuele meters zijn. Bijvoorbeeld de kosten van een gemeenschappelijk zwembad of fitnessruimte vallen niet onder servicekosten.
De nieuwe regels betekenen ook dat huurders de servicekosten beter kunnen controleren en checken of ze niet te veel betalen. Bij een verschil van mening met de verhuurder kan eenvoudiger een zaak gestart worden bij de Huurcommissie.
Ook zijn er regels opgenomen voor gemeentes om de Wet goed verhuurderschap beter te kunnen handhaven. Onder andere is geregeld dat een borgsom maximaal twee maanden kale huur mag bedragen en dat huurders jaarlijks een overzicht moeten krijgen van de gemaakte servicekosten.
De wetswijziging moet het aantal geschillen tussen huurders en verhuurders verminderen. Dit aantal nam de afgelopen jaren namelijk explosief toe.