18 juli 2025

Profiteren is niet vereist voor reclamebelasting

Wanneer een gemeente reclamebelasting oplegt, is het in principe niet relevant voor de rechtsgeldigheid van die heffing of de belastingplichtige er daadwerkelijk voordeel van heeft. De gemeente mag de heffing beperken tot een specifiek deel van haar grondgebied, mits daarvoor een objectieve en redelijke rechtvaardiging bestaat.

Reclamebelasting

Gemeentes mogen reclamebelasting heffen om op die manier inkomsten te genereren. Ten aanzien van deze belasting is wettelijk bepaald dat de belasting mag worden geheven terzake openbare aankondigingen die zichtbaar zijn vanaf de openbare weg.

Profijt niet van belang

In een uitspraak van het gerechtshof ’s Hertogenbosch werd geconcludeerd dat het profijt dat een onderneming van de opbrengst van de belasting heeft, in beginsel niet van belang is. In de betreffende zaak was in het centrumgebied van een stad reclamebelasting geheven. Het gerechtshof concludeerde om te beginnen dat het beperken van de heffing tot een bepaald gebied, in dit geval het centrum, is toegestaan. Hiervoor moet wel een objectieve en redelijke rechtvaardiging bestaan.

Objectieve en redelijke rechtvaardiging

De gemeente voerde aan dat niet alleen de heffing, maar ook de besteding van de middelen was beperkt tot een bepaald aangewezen gebied. Volgens het gerechtshof is de objectieve en redelijke rechtvaardiging dan aanwezig als de gemeente in redelijkheid ervan uit mocht gaan dat degenen die profijt kunnen hebben van de opbrengst van de reclamebelasting, de reclamebelasting ook betalen. Volgens het gerechtshof was dat hier het geval.

Individueel profijt

Uit de feiten bleek namelijk dat de opbrengst van de reclamebelasting was besteed aan projecten ter verbetering van de binnenstad, zoals de aankleding ervan, promotie en marketing. Ook het pand van de ondernemer die zijn zaak voor de rechter bracht, lag in het betreffende gebied. De onderneming, een advocatenkantoor, was van mening dat het profijt van de opbrengst voor hen nihil was. Het gerechtshof stelde echter dat een verschil in individueel profijt niet van belang is voor rechtsgeldigheid van de heffing van reclamebelasting. Het gerechtshof besliste daarom in het voordeel van de gemeente en liet de reclamebelasting in stand.

Speciaal voor jou

UITGELICHT

Werkelijk rendement van personeelsobligaties in box 3
Als een personeelsobligatie een hogere rente biedt dan marktconform, wordt in box 3 alleen de marktconforme rente meegenomen als werkelijk rendement. Hoe werkt dit precies?
Lees verder
arrow right
Wanneer is een pand ondernemingsvermogen?
Ondernemers die inkomstenbelasting betalen, gebruiken sommige bedrijfsmiddelen zowel zakelijk als privé. Afhankelijk van bepaalde voorwaarden kunnen deze middelen worden aangemerkt als privévermogen of als ondernemingsvermogen. Maar wat bepaalt die keuze?
Lees verder
arrow right
AOW-leeftijd in 2031 blijft gelijk op 67 jaar en 3 maanden
De AOW-leeftijd blijft in 2031 gehandhaafd op 67 jaar en 3 maanden, hetzelfde als in 2030. Deze leeftijd wordt vijf jaar van tevoren vastgesteld en daarna niet meer aangepast. De berekening is gebaseerd op de levensverwachting.
Lees verder
arrow right