7 augustus 2025

Werkelijk rendement minderjarig kind bij meerderjarig worden in box 3

De Belastingdienst heeft duidelijkheid gegeven over hoe het werkelijke rendement van een minderjarig kind aan de ouder(s) moet worden toegerekend als dat kind in de loop van het kalenderjaar meerderjarig wordt.

Tegenbewijsregeling box 3

Vorig jaar oordeelde de Hoge Raad dat je in box 3 het – door de Hoge Raad gedefinieerde – werkelijke rendement in aanmerking mag nemen als dit lager is dan het wettelijk vastgestelde rendement. De Hoge Raad gaf aanwijzingen hoe dit werkelijke rendement berekend moet worden. De tegenbewijsregeling box 3 is gebaseerd op de aanwijzingen van de Hoge Raad. Een belastingplichtige met een werkelijk rendement dat lager is dan het wettelijk vastgestelde rendement kan mogelijk een beroep doen op deze tegenbewijsregeling.

Let op!

Om een beroep te doen op de tegenbewijsregeling, moet je verplicht gebruikmaken van het formulier Opgaaf Werkelijk Rendement (OWR).

Werkelijke rendement

Voor een beroep op de tegenbewijsregeling moet je dus je werkelijke rendement berekenen. In dit verband is aan de Belastingdienst gevraagd op welke wijze het werkelijke rendement van bezittingen en schulden van een minderjarige kind aan de ouder(s) moet worden toegerekend, als dat kind in de loop van het kalenderjaar meerderjarig wordt.

Toerekening box 3 kind aan ouder

Het wettelijk vastgestelde rendement is gebaseerd op de rendementsgrondslag aan het begin van een kalenderjaar. De rendementsgrondslag van een minderjarig kind wordt toegerekend aan de ouder(s) die het gezag uitoefent/uitoefenen. Dit betekent dat als een kind op 1 januari nog minderjarig is, zijn rendementsgrondslag wordt toegerekend aan de ouder(s). Het is daarbij niet relevant of dat kind al dan niet meerderjarig wordt in het kalenderjaar.

Toerekening werkelijke rendement kind aan ouder

Het meerderjarig worden van een kind in het kalenderjaar is echter wel relevant voor de berekening van het werkelijke rendement in het kader van de tegenbewijsregeling. Voor de toerekening van het werkelijke rendement is namelijk niet de peildatum van 1 januari van belang. Het gaat om het werkelijke rendement gedurende het hele kalenderjaar, inclusief rendement van bezittingen en schulden die op de peildatum van 1 januari nog niet in het bezit van het kind waren.

Wordt het kind in de loop van het kalenderjaar meerderjarig, dan wordt alleen het werkelijke rendement van het kind tot aan de verjaardag van het kind toegerekend aan de ouder(s).

Let op!

Het werkelijke rendement vanaf de verjaardag van het kind tot en met 31 december wordt aan niemand toegerekend, ook niet aan het kind. Het kind was immers op peildatum (1 januari) nog minderjarig en zal daarom in dat jaar nog geen box 3-aanslag opgelegd krijgen. Dat dit zo werkt is door de Belastingdienst ook bevestigd.

Meer informatie

Heb je vragen over de toerekening van het werkelijke rendement van je kind of een andere vraag over de tegenbewijsregeling box 3, neem dan contact op met een van onze adviseurs.

Speciaal voor jou

UITGELICHT

Werkelijk rendement box 3 bij personeelslening met lage rente
Hoe bereken je het werkelijke rendement in box 3 van een personeelslening wanneer de rente op die lening onzakelijk laag is vastgesteld?
Lees verder
arrow right
Belastingrente IB en Vpb daalt in 2026
In 2026 gaat de belastingrente omlaag. Voor de inkomstenbelasting (IB) wordt deze waarschijnlijk 5% en voor de vennootschapsbelasting (Vpb) 7,5%. Beide tarieven liggen 1,5% lager dan in 2025.
Lees verder
arrow right
Geen automatische boete bij niet aangeven bijtelling auto
Wanneer een werknemer een auto van de zaak ter beschikking heeft, geldt in principe de bekende bijtelling. Wordt er echter minder dan 500 kilometer privé gereden, dan hoeft dit niet. Als de bijtelling onterecht is weggelaten, kan de Belastingdienst naheffen, maar voor een vergrijpboete is meer bewijs nodig.
Lees verder
arrow right