Wil je je box 3-vermogen verlagen? Overweeg dan groene beleggingen. Deze beleggingen kennen momenteel een vrijstelling in box 3. Houd er echter rekening mee dat er wijzigingen aankomen. Als de Eerste Kamer instemt, wordt de vrijstelling vanaf 2025 aanzienlijk verlaagd en in 2027 volledig afgeschaft.
Bedroeg deze vrijstelling per 1 januari 2024 nog maximaal € 71.251, per 1 januari 2025 bedraagt deze nog maar € 26.000 (vóór indexatie). Oorspronkelijk zou dit € 30.000 zijn, maar de Tweede Kamer heeft besloten dat dit nog verder verlaagd wordt naar € 26.000 (vóór indexatie) per 1 januari 2025.
Heb je een fiscale partner, dan bedraagt de vrijstelling voor jou en je partner gezamenlijk het dubbele, per 1 januari 2025 dus € 52.000 (vóór indexatie).
Ook een minderjarig kind heeft zelfstandig recht op deze vrijstelling. Het minderjarige kind moet daarvoor wel zelf aangifte inkomstenbelasting doen. Bezit je kind meer aan groene beleggingen dan de vrijstelling, dan moet je dit meerdere aangeven in je eigen aangifte. Voor dit deel bestaat dan geen vrijstelling meer.
Naast de vrijstelling in box 3 heb je in 2024 ook nog recht op een heffingskorting van 0,7% van het op 1 januari vrijgestelde bedrag in box 3. Ook deze heffingskorting wordt verlaagd en wel naar 0,1% met ingang van 2025.
De Tweede Kamer heeft ook besloten dat de vrijstelling voor groene beleggingen en de heffingskorting voor groene beleggingen met ingang van 1 januari 2027 helemaal vervalt. Je kunt dus alleen nog in 2025 en 2026 gebruikmaken van de vrijstelling en de heffingskorting.
Je mag de vrijstelling voor groene spaartegoeden en beleggingen overigens eerst toerekenen aan de groene beleggingen en daarna aan de groene spaartegoeden. Dat scheelt weer nu er voor beleggingen een hoger forfait geldt dan voor spaartegoeden.
De vrijstelling geldt niet voor de vermogenstoets in de toeslagen. Groene beleggingen tellen dus voor de toeslagen volledig mee als vermogen.