18 september 2025

Aftrek vrije ruimte en vrijstellingen WKR bij buitenlandse werkgever toegestaan

Woon je in Nederland en werk je voor een werkgever die hier niet inhoudingsplichtig is voor loonbelasting? Dan mag je de vrije ruimte en gerichte vrijstellingen van de werkkostenregeling toch in aftrek brengen op je inkomstenbelasting. Dit is volgens de Hoge Raad toegestaan, mits aan de voorwaarden wordt voldaan.

Vrije ruimte en gerichte vrijstellingen werkkostenregeling

Een werkgever kan een werknemer, onder voorwaarden, onbelaste vergoedingen, verstrekkingen of terbeschikkingstellingen geven door deze ten laste te brengen van de vrije ruimte van de werkkostenregeling (WKR).

Let op!

De vrije ruimte bedraagt in 2025 2% over de eerste € 400.000 van de totale loonsom van de werkgever en 1,18% over het bedrag daarboven.

Voor sommige vergoedingen, verstrekkingen en terbeschikkingstellingen gelden ook gerichte vrijstellingen. Als iets gericht is vrijgesteld, is het onder voorwaarden onbelast en hoeft dit niet ten laste van de vrije ruimte te komen. Denk hierbij aan de gerichte vrijstelling van € 0,23 per zakelijke kilometer.

Vrije ruimte in de inkomstenbelasting

In de inkomstenbelasting is een met de loonbelasting vergelijkbare wettelijke bepaling opgenomen. Doel van deze bepaling is om inwoners van Nederland met een buitenlandse werkgever die niet in Nederland inhoudingsplichtig is voor de loonbelasting hetzelfde te behandelen als inwoners van Nederland met een Nederlandse werkgever.

De Hoge Raad oordeelde in 2022 al dat door deze wettelijke bepaling werknemers met een niet-inhoudingsplichtige werkgever de vrije ruimte in aftrek kunnen brengen op hun inkomen in de inkomstenbelasting. Deze werknemers kunnen in 2025 in principe zonder nadere voorwaarden 2% van hun aan Nederland toe te rekenen brutoloon aftrekken in de inkomstenbelasting. Dit geldt tot een brutoloon van maximaal € 400.000, daarboven is het 1,18%.

Let op!

Dit kan niet als de buitenlandse werkgever in Nederland inhoudingsplichtig is voor de loonbelasting. Dan gelden namelijk gewoon de regels die ook voor Nederlandse werkgevers gelden.

Gerichte vrijstelling in de inkomstenbelasting

De Hoge Raad had nog niet geoordeeld over de vraag of een inwoner van Nederland met een buitenlandse werkgever die niet inhoudingsplichtig is voor de loonbelasting, ook de zakelijke kosten waarvoor een gerichte vrijstelling geldt in aftrek mag brengen in de aangifte inkomstenbelasting. De Belastingdienst vond dat dit niet kon, ondanks het oordeel van de Hoge Raad in 2022 over de vrije ruimte.

De Hoge Raad heeft nu (5 september 2025) echter geoordeeld dat dit wel kan: het is voor het toepassen van de gerichte vrijstelling volgens de Hoge Raad, net als bij de vrije ruimte, niet nodig dat de werkgever de vergoedingen of verstrekkingen heeft aangewezen als eindheffingsbestanddeel.

Wel onderbouwing nodig

Aftrek van zakelijke kosten waarvoor een gerichte vrijstelling geldt, kan overigens niet zonder meer. Er moet namelijk wel aannemelijk zijn dat de zakelijke kosten gemaakt zijn. Verder moet getoetst worden of de zakelijke kosten binnen de voorwaarden en grensbedragen van de gerichte vrijstellingen blijven.

Onderzoek bij vaste kostenvergoeding

De Hoge Raad merkt nog op dat als sprake is van een vaste kostenvergoeding hier een onderzoek naar de werkelijke gemaakte kosten aan ten grondslag moet liggen. In tegenstelling tot vaste kostenvergoeding die door een in Nederland inhoudingsplichtige werkgever worden gegeven, hoeft dit onderzoek niet al verricht te zijn voordat de werknemer de vergoeding ontvangt. Bovendien kan het onderzoek naar de werkelijke kosten door de werknemer worden gedaan zonder dat de werkgever daarbij betrokken is, aldus de Hoge Raad.

Let op!

Ben je inwoner van Nederland, maar werk je voor een niet-inhoudingsplichtige buitenlandse werkgever? Dan kun je dus onder voorwaarden in jouw aangifte inkomstenbelasting ook een beroep doen op gerichte vrijstellingen. Neem voor overleg over deze voorwaarden contact op met onze adviseurs.

Speciaal voor jou!

UITGELICHT

Minimumuurloon per 1 januari 2026 verhoogd
Het wettelijk minimumuurloon gaat per 1 januari 2026 omhoog. Wat zijn de nieuwe geïndexeerde tarieven voor verschillende leeftijden en arbeidsvormen?
Lees verder
arrow right
Startersvrijstelling bij sloop en herbouw van een woning
Je koopt een woning die je niet zelf gaat bewonen, sloopt deze en bouwt op dezelfde plek een nieuwe woning waar je wel permanent gaat wonen. Kan in zo’n situatie het 2%-tarief voor overdrachtsbelasting of de startersvrijstelling worden toegepast op de levering van de eerste woning?
Lees verder
arrow right
Belastingdienst verduidelijkt gebruikelijkheidseis binnen de WKR
De Belastingdienst heeft in oktober 2025 een vernieuwde versie van het Handboek Loonheffingen uitgebracht. In diverse hoofdstukken wordt nu extra duidelijk gemaakt dat vergoedingen en verstrekkingen alleen binnen de vrije ruimte van de werkkostenregeling (WKR) kunnen vallen als ze voldoen aan de zogenoemde gebruikelijkheidseis.
Lees verder
arrow right