Een aandeel in het vermogen van een reservefonds van een VvE valt in box 3 in de categorie overige bezittingen. Hiervoor geldt in 2023 een forfaitair rendement van 6,17%. Hetzelfde geldt voor een aandeel in geld dat op een derdengeldrekening bij een notaris staat. Het kabinet wil voor beide zaken hier verandering in aanbrengen.
Aandelen in het vermogen van een reservefonds van een VvE en in het vermogen op een derdengeldrekening bij een notaris zijn vermogensrechten. Deze vermogensrechten vallen onder de box 3-heffing vanaf 2023 in de categorie overige bezittingen. Hiervoor geldt in 2023 een forfaitair rendement van 6,17%.
Uit onderzoek in de systemen van de Belastingdienst komt naar voren dat 99,92% van de middelen van VvE’s en meer dan 99% van derdengelden bij een notaris op bank- of spaarrekeningen staan. Het rendement op deze vermogensrechten past daarom beter bij de categorie banktegoeden. Voor de categorie banktegoeden is het forfaitair rendement voor 2023 voorlopig vastgesteld op 0,36%. Het definitieve forfaitaire rendement wordt pas begin 2024 bekend.
Het kabinet wil deze vermogensrechten onder de categorie banktegoeden brengen. De verwachting is dat dit vanaf 2023 al mogelijk is. Er is hier nog wel een wetswijziging voor nodig waar zowel de Tweede Kamer als de Eerste Kamer mee in moet stemmen. Als dat gebeurt, bedraagt uw rendement over deze vermogensrechten in box 3 in 2023 geen 6,17% maar 0,36% (voorlopig percentage, het definitieve percentage volgt in 2024).
De staatssecretaris lijkt het logisch dat vergelijkbare situaties ook onder de categorie banktegoeden worden ondergebracht. Ben je daarom direct rechthebbende tot geld dat wordt aangehouden op een bank- of spaarrekening, maar staat dit geld niet direct aan jou ter beschikking? Dan kun je mogelijk, na inwerkingtreding van de wetswijziging, ook een beroep doen op het lagere rendement van de categorie banktegoeden.
Deze plannen moeten nog worden goedgekeurd door de Tweede en Eerste Kamer.