23 oktober 2025

Cyprusroute met payrollconstructie toegestaan door gerechtshof

Bij payrollconstructies is het belangrijk te bepalen bij wie de werknemers daadwerkelijk in dienst zijn, wat bij complexe constructies zoals de Cyprusroute vragen kan oproepen.

Wat speelde er?

Een Nederlands transportbedrijf (bedrijf A) maakt sinds 2013 gebruik van chauffeurs die in dienst zijn van een bedrijf in Cyprus (bedrijf B). Bedrijf A doet om die reden geen aangifte loonheffingen meer in Nederland.

Schijnconstructie?

De Belastingdienst is van oordeel dat dit onterecht is, omdat sprake is van een schijnconstructie (Cyprusconstructie) en bedrijf A feitelijk de werkgever is van de chauffeurs. De Belastingdienst merkt bedrijf A met terugwerkende kracht aan als inhoudingsplichtige. Omdat bedrijf A vanaf dat moment wel aangiften doet, maar deze niet betaalt, legt de Belastingdienst naheffingsaanslagen op met vergrijpboeten wegens primair opzet en subsidiair grove schuld. Vervolgens wordt hierover geprocedeerd.

Wat oordeelt de rechter?

De rechtbank schaart zich achter het standpunt van de Belastingdienst. Vervolgens gaat het bedrijf in hoger beroep.

Het gerechtshof is van oordeel dat de chauffeurs op basis van payrolling door bedrijf B aan bedrijf A ter beschikking zijn gesteld. De inspecteur heeft niet aannemelijk gemaakt dat er sprake is van een dienstbetrekking tussen bedrijf A en de chauffeurs. Het is inherent aan driehoeksrelaties, zoals bij uitzending en payrolling, dat het gezag wordt uitgeoefend door de inlenende werkgever, dus door bedrijf A. Het gerechtshof is van oordeel dat deze gestelde feitelijke gang van zaken past in de figuur van payrolling (en van uitzending in het algemeen) dat de inlener (bedrijf A) beslist of hij de inlening van werknemers wil voortzetten. Het is dan aan de uitlener/payroller (bedrijf B) om te beslissen welke gevolgen dat heeft voor de arbeidsrelatie tussen de uitlener en de werknemer; de inlener staat daarbuiten.

Geen schriftelijke overeenkomst

Het is op zich ongebruikelijk dat de payrollovereenkomst niet schriftelijk is vastgelegd, maar dat legt onvoldoende gewicht in de schaal om te constateren dat er geen sprake is van een dergelijke overeenkomst, aldus het gerechtshof.

Ook niet van belang is dat bedrijf B in diverse andere procedures (met StiPP, de SVB, en de Stichting bedrijfstakpensioenfonds voor het beroepsvervoer over de weg) heeft ontkend een uitzendbureau, dan wel een payrollorganisatie te zijn.

De uitkomst

Het resultaat is dan ook dat het gerechtshof alle opgelegde naheffingsaanslagen en boeten vernietigt.

Speciaal voor jou!

UITGELICHT

Verlenging en verhoging drempelvrijstelling pseudo-eindheffing RVU
De regeling voor vervroegde uittreding is in de periode 2021-2025 versoepeld. Na het akkoord in oktober 2024 en de aankondiging bij de Voorjaarsnota 2025, is in het Belastingplan 2026 een verlenging en verhoging van de drempelvrijstelling opgenomen.
Lees verder
arrow right
Verplichte AOV voor zelfstandigen in zicht
Het wetsvoorstel Basisverzekering arbeidsongeschiktheid zelfstandigen (Baz) is voor advies naar de Raad van State gestuurd. Daarmee komt de invoering van een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) voor zelfstandigen weer dichterbij.
Lees verder
arrow right
Recht op 30%-regeling voor Oekraïense vluchtelingen?
Of een Oekraïense vluchteling in aanmerking komt voor de 30%-regeling, hangt onder meer af van de vraag of de werkgever hem of haar vanuit het buitenland heeft aangeworven. Rechters hebben hierover in meerdere zaken al uitspraken gedaan.
Lees verder
arrow right