De handleiding voor de fiscale regeling omtrent de fiets van de zaak is geüpdatet door de Belastingdienst. De update bevat ook een aantal nieuwe punten.
Volgens de fietsregeling moet voor een ter beschikking gestelde fiets die ook privé kan worden gebruikt, jaarlijks 7% van de consumentenadviesprijs als loon worden aangemerkt en belast. Volgens de update geldt dit ook als de werkgever de fiets leaset en ter beschikking stelt of als de werknemer de fiets zelf leaset en alle kosten vergoed krijgt.
De fietsregeling geldt alleen bij het ter beschikking stellen van een fiets. Dit betekent dat de fiets eigendom blijft van de werkgever en de werknemer de fiets alleen mag gebruiken. Bij het einde van het dienstverband moet de fiets dan ook worden ingeleverd of door de werknemer worden overgenomen.
Als de werknemer de fiets na verloop van tijd overneemt, mag de werkgever voor wat betreft de overnameprijs uitgaan van de prijs bij aanschaf minus een afschrijving van 20% per jaar. Dit betekent dat de fiets na vijf jaar gratis door de werknemer zou kunnen worden overgenomen, waardoor ook de bijtelling niet meer van toepassing is.
Accessoires die deel uitmaken van de comsumentenadviesprijs, hebben geen invloed op de te betalen belasting. Dit is anders als ze er geen deel van uitmaken, want dan moet de werknemer over de waarde van de accessoires belasting betalen.
Je kunt de fiets ook onderdeel uit laten maken van een cafetariaregeling en deze uitruilen tegen bruto loon. Desgewenst kun je de bijtelling dan ook onderbrengen in de werkkostenregeling. Hiermee behaal je als werkgever een extra voordeel, omdat je hierover dan geen premies werknemersverzekeringen verschuldigd bent.
Betalingen aan derden komen niet in mindering op de bijtelling, maar kun je wel onbelast vergoeden. Dat geldt ook voor de kosten van elektra als de werknemer de elektrische fiets thuis oplaadt.