18 januari 2024

Lonenspecial 2024: gebruikelijk loon en vrijwilligersvergoeding

In 2024 is het normbedrag voor het gebruikelijk loon € 5.000 hoger dan in 2023 en bedraagt € 56.000 per jaar. De maximale onbelaste vrijwilligersvergoeding gaat ook omhoog, naar € 2.100 per jaar. De vergoeding per maand bedraagt in 2024 maximaal € 210.

Gebruikelijk loon

Het normbedrag voor het gebruikelijk loon is in 2024 € 5.000 hoger dan in 2023 en bedraagt € 56.000 per jaar. Bij het vaststellen van de hoogte van het gebruikelijk loon voor een dga en zijn meewerkende partner moet uitgegaan worden van het hoogste van de volgende bedragen:

  • het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking
  • het hoogste loon van de overige werknemers van de bv of daarmee verbonden vennootschappen (lichamen)
  • € 56.000 (2023: € 51.000)

Is het loon dat hieruit volgt hoger dan het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking? Dan mag je het gebruikelijk loon vaststellen op het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking. De discussie met de Belastingdienst hierbij zal met name gaan over de vraag of het door jou gestelde loon inderdaad het loon uit de vergelijkbaarste dienstbetrekking is.

In sommige situaties kun je uitgaan van een nog lager loon. Zo kunnen startende ondernemingen, onder voorwaarden, maximaal drie jaar van een lager loon uitgaan als de bv het gebruikelijk loon niet kan betalen door het opstarten van de onderneming. Ook als jouw onderneming zoveel verlies lijdt dat de continuïteit van jouw onderneming in gevaar komt, kun je, onder voorwaarden, van een lager loon uitgaan.

Tip!

Als het gebruikelijk loon bepaald is, kan het reguliere loon soms lager worden vastgesteld. Naast dit reguliere loon in geld tellen namelijk ook andere looncomponenten mee voor de beoordeling of het loon gebruikelijk is. Denk hierbij aan de bijtelling van de auto van de zaak, ander loon in natura en vergoedingen en verstrekkingen in de werkkostenregeling, als deze individueel aan de dga zijn toe te wijzen.

    Onbelaste vrijwilligersvergoeding naar € 2.100 in 2024

    De maximale onbelaste vrijwilligersvergoeding gaat per 1 januari 2024 omhoog naar € 2.100 per jaar. De vergoeding per maand bedraagt in 2024 maximaal € 210.

    Jaarlijkse indexering
    Je kunt vrijwilligers die binnen jouw organisatie vrijwilligerswerk doen een vergoeding geven die voor de Belastingdienst onbelast is. Deze maximale onbelaste vrijwilligersvergoeding wordt jaarlijks geïndexeerd.

    Let op!

    De vrijwilligersvergoeding moet binnen de maximale bedragen blijven en de vrijwilliger moet de werkzaamheden niet bij wijze van beroep verrichten voor aangewezen, niet-commerciële organisaties. De Belastingdienst gaat ervan uit dat de werkzaamheden niet bij wijze van beroep worden verricht als de maximum uurvergoeding in 2024 € 5,50 bedraagt. Voor vrijwilligers jonger dan 21 jaar bedraagt deze maximum uurvergoeding in 2024 € 3,25.

    Meer weten

    Heb je vragen over dit nieuwsartikel? Neem gerust contact op met een van onze adviseurs. Wij helpen je graag. Bekijk ook de andere artikelen van onze lonenspecial.

    Speciaal voor jou

    UITGELICHT

    Belastingadviseur
    Ben jij een ervaren belastingadviseur die klaar is voor een nieuwe uitdaging? Je werkt in een gedreven team, met korte lijnen en volop mogelijkheden om jezelf te ontwikkelen. Bij Omnyacc Groningen krijg je de unieke kans om een pioniersrol te vervullen. Ons nieuwe kantoor richt zich op de groei van ondernemers en biedt integrale, holistische oplossingen die verder gaan dan de cijfers.
    Lees verder
    arrow right
    Prinsjesdag 2025: top 10
    Welke fiscale plannen voor ondernemers presenteerde minister Heinen van Financiën op Prinsjesdag 2025? We hebben de tien belangrijkste wijzigingen voor je samengevat.
    Lees verder
    arrow right
    Nmbrs
    Nmbrs is een softwarepakket dat digitaal ondersteuning biedt op het gebied van HRM en salarisadministratie.
    Lees verder
    arrow right
    Hoge overdrachtsbelasting voor tweede woningen daalt naar 8%
    Vanaf 1 januari 2026 wordt het tarief voor overdrachtsbelasting verlaagd van 10,4% naar 8% voor woningen die niet als hoofdverblijf worden gebruikt. Dit geldt vooral bij de aankoop van vakantiewoningen of panden voor verhuur.
    Lees verder
    arrow right