21 oktober 2025

Nieuwe btw-plicht voor digitale platforms bij kortlopende verhuur

Er is een internetconsultatie gestart over een wetsvoorstel dat digitale platforms btw-plichtig maakt wanneer zij kortlopende verhuur van accommodaties faciliteren. Deze verplichting geldt straks ook voor platforms die passagiersvervoer aanbieden en moet op 1 juli 2028 ingaan.

Tegengaan concurrentievervalsing

De nieuwe btw-plicht voor deze digitale platforms maakt onderdeel uit van een Europees pakket om het btw-stelsel te moderniseren. Het doel van de nieuwe btw-plicht is het tegengaan van concurrentievervalsing. Bovengenoemde diensten worden nu nog vaak aangeboden door particulieren en door ondernemers die geen btw in rekening hoeven te brengen, onder meer omdat ze de kleine ondernemersregeling toepassen. Op deze manier wordt geconcurreerd met grotere bedrijven die wél btw moeten berekenen.

Btw-plicht

Het wetsvoorstel schrijft voor dat digitale platforms waarop genoemde diensten worden aangeboden vanaf 1 juli 2028 btw-plichtig worden. Als de dienstverlener zelf al btw in rekening brengt, verandert er (uiteraard) niets.

Maximaal 30 dagen

Verder schept het wetsvoorstel meer duidelijkheid over het begrip kortetermijnverhuur in de btw, namelijk maximaal 30 nachten.

Beperkte plicht passagiersvervoer

De btw-plicht voor platforms waarop passagiersvervoer wordt aangeboden, wordt beperkt omdat hier nauwelijks concurrentievervalsing optreedt. De oorzaak is dat deze diensten veelal door grotere ondernemingen worden aangeboden die al btw-plichtig zijn. Deze platforms worden in beginsel alleen geconfronteerd met een administratieplicht, waarmee ze aan moeten tonen dat door de dienstverlener al btw in rekening is gebracht. Alleen als dat niet het geval is, moet het platform de btw afdragen.

Internetconsultatie

Geïnteresseerden hebben de mogelijkheid hun visie op het wetsvoorstel te geven via een internetconsultatie. U kunt tot en met 3 november 2025 reageren.

Speciaal voor jou!

UITGELICHT

AOW-leeftijd in 2031 blijft gelijk op 67 jaar en 3 maanden
De AOW-leeftijd blijft in 2031 gehandhaafd op 67 jaar en 3 maanden, hetzelfde als in 2030. Deze leeftijd wordt vijf jaar van tevoren vastgesteld en daarna niet meer aangepast. De berekening is gebaseerd op de levensverwachting.
Lees verder
arrow right
Verplichte btw-vrijstelling voor maatschappelijk werk en schuldhulpverlening vanaf 2026
Vanaf 1 januari 2026 wordt waarschijnlijk een verplichte btw-vrijstelling ingevoerd voor diverse leveringen en diensten van sociale en culturele aard.
Lees verder
arrow right
Invorderingsrente stijgt in 2026 naar 4,3%
De invorderingsrente op belastingschulden wordt per 1 januari 2026 verhoogd van 4% naar 4,3%. Wanneer moet je invorderingsrente betalen?
Lees verder
arrow right