29 september 2025

Verlenging en verhoging drempelvrijstelling pseudo-eindheffing RVU

De regeling voor vervroegde uittreding is in de periode 2021-2025 versoepeld. Na het akkoord in oktober 2024 en de aankondiging bij de Voorjaarsnota 2025, is in het Belastingplan 2026 een verlenging en verhoging van de drempelvrijstelling opgenomen.

Pseudo-eindheffing RVU

Als je als werkgever een oudere werknemer een uitkering verstrekt zodat hij eerder kan stoppen met werken, is een pseudo-eindheffing verschuldigd van 52%. Dit geldt als er sprake is van een regeling voor vervroegde uittreding, de RVU-regeling. Dit is het geval als de regeling het effect heeft dat een periode (van maximaal drie jaar) wordt overbrugd tot een pensioenregeling of tot wanneer de AOW start. Ook uitkeringen die een pensioenregeling aanvullen worden als zodanig aangemerkt.

Let op!

Over de vraag of sprake is van een RVU of niet zijn verduidelijkingen gegeven in handreikingen en de jurisprudentie. Neem voor jouw eigen situatie contact op met een van onze adviseurs.

Drempelvrijstelling pseudo-eindheffing RVU

Vanaf 1 januari 2021 kun je maximaal drie jaar voor de AOW-leeftijd van een werknemer een bedrag meegeven, zonder dat hierover de pseudo-eindheffing verschuldigd is. Hiervoor geldt een drempelvrijstelling die jaarlijks opnieuw wordt vastgesteld. Is de RVU-uitkering hoger dan de drempelvrijstelling, dan is over het meerdere wel 52% pseudo-eindheffing verschuldigd.

Verlenging drempelvrijstelling

De sociale partners en het kabinet hebben afgesproken om de toepassing van de drempelvrijstelling structureel te maken. Dit betekent dat de vrijstelling in ieder geval tot en met 2028 nog gebruikt kan worden.

Let op!

De structurele regeling wordt gericht ingezet op werknemers met zwaar werk die niet gezond werkend de AOW-leeftijd kunnen bereiken. Hiervoor zijn tussen het kabinet en de sociale partners afspraken gemaakt over de vormgeving van (collectieve) RVU-regelingen. Zo moeten deze regelingen altijd een onderbouwde afbakening van de doelgroep bevatten.

Verhoging drempelvrijstelling

In het Belastingplan 2026 is ook een verhoging van de drempelvrijstelling met € 300 bruto per maand voorgesteld. Deze € 300 wordt jaarlijks geïndexeerd op basis van de ontwikkeling van het minimumloon. De drempelvrijstelling bedraagt dan in 2026 (voor indexatie) € 2.573 bruto per maand (2025 nog € 2.273).

Verhogen pseudo-eindheffing tot maximaal 65%

Ter dekking van de verlenging en verhoging van de drempelvrijstelling wordt de pseudo-eindheffing vanaf 2026 in stappen verhoogd van 52% nu, naar 57,7% in 2026, 64% in 2027 en 65% vanaf 2028.

Let op!

De verlenging en verhogingen zijn nog niet definitief omdat deze zijn opgenomen in het Belastingplan 2026. De nieuwe Tweede Kamer moet hierover na de verkiezingen nog stemmen en de Eerste Kamer moet daarna ook nog instemmen.

Speciaal voor jou!

UITGELICHT

Belastingdienst verduidelijkt gebruikelijkheidseis binnen de WKR
De Belastingdienst heeft in oktober 2025 een vernieuwde versie van het Handboek Loonheffingen uitgebracht. In diverse hoofdstukken wordt nu extra duidelijk gemaakt dat vergoedingen en verstrekkingen alleen binnen de vrije ruimte van de werkkostenregeling (WKR) kunnen vallen als ze voldoen aan de zogenoemde gebruikelijkheidseis.
Lees verder
arrow right
Kruislings schenken: dubbele vrijstelling niet toegestaan
Twee kinderen die ieder €100.000 ontvingen van hun moeder én nog eens €100.000 van een derde, konden daar niet zo van profiteren als gehoopt. De Hoge Raad oordeelde dat de toenmalige vrijstelling voor de schenkbelasting eigen woning slechts één keer mocht worden toegepast.
Lees verder
arrow right
Belastingheffing bij bonus- en virtuele aandelenplannen
De Belastingdienst heeft een standpunt gepubliceerd over de manier waarop belasting wordt geheven wanneer werknemers deelnemen aan een door de werkgever aangeboden bonusplan of virtuele aandelenplan.
Lees verder
arrow right