Bij een geschil met de Belastingdienst kun je bezwaar maken en in beroep gaan. Als de behandeling van je bezwaar of beroep te lang duurt, kun je recht hebben op een schadevergoeding. Echter, bij een gering financieel belang heb je hier geen recht op. De Hoge Raad heeft onlangs in een arrest de grens voor wat als gering financieel belang wordt beschouwd, aanzienlijk verhoogd.
De schadevergoeding is bedoeld als compensatie voor de lange wachttijd en de daarmee samenhangende spanning en frustratie. In het verleden heeft de Hoge Raad de regels rondom een schadevergoeding bepaald en voor wat betreft de hoogte vastgesteld op € 500 per half jaar termijnoverschrijding of een gedeelte van een half jaar.
Onder ‘financieel belang’ wordt verstaan het voordeel dat de belastingplichtige heeft als hij zijn bezwaar of beroep wint. In het betreffende arrest heeft de Hoge Raad bepaald dat voortaan sprake is van een gering financieel belang bij een bedrag van minder dan € 1.000. Dit is fors hoger dan het bedrag van € 15, dat gold vóór dit arrest.
De Hoge Raad heeft tevens geoordeeld dat het nieuwe grensbedrag geldt bij overschrijdingen van de redelijke termijn tot één jaar. Wordt deze termijn langer overschreden, dan kan de rechter zelf beslissen of ook bij een geringer financieel belang dan € 1.000 een schadevergoeding wordt opgelegd.
De Hoge Raad stelt verder dat het financiële belang van € 1.000 betrekking heeft op het bedrag van het geschil zelf, dus zonder dat vergoedingen voor griffierecht, proceskostenvergoedingen en dergelijke zaken meetellen.
De nieuwe grens is gericht op het oneigenlijk gebruik dat belastingplichtigen van schadevergoedingen maken. In de betreffende zaak was bijvoorbeeld sprake van een financieel belang van € 0,80.
Het heeft geen effect op lopende zaken. De wijzigingen gelden niet voor zaken waarin voorafgaand aan de datum van het arrest, 14 juni 2024, om een schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn is verzocht en deze redelijke termijn op die datum al was overschreden.