Heb jij, naast jouw werk als zzp'er, extra inkomsten uit bijvoorbeeld een parttimebaan in loondienst? Dan kan het zijn dat je gebruik kunt maken van de absorptietheorie waardoor deze extra inkomsten onder winst weggezet kunnen worden. Wanneer mag je dit toepassen?
Looninkomsten mogen echter alleen als winst worden aangemerkt, indien voldaan wordt aan een aantal voorwaarden. Zo moet er om te beginnen een nauwe samenhang bestaan tussen de werkzaamheden in dienstbetrekking en die als ondernemer. Is die er niet, dan kun je de absorptietheorie niet toepassen.
Verder is vereist dat de looninkomsten een ondergeschikte plaats innemen ten opzichte van de winst van jouw bedrijf. Wanneer dit het geval is, staat nergens zwart op wit, maar de inkomsten uit de dienstbetrekking moeten in ieder geval fors minder zijn dan de winstinkomsten.
Voldoe je aan alle voorwaarden voor de absorptietheorie, dan werkt dit positief door in het urencriterium. De in loondienst gewerkte uren tellen dan namelijk hiervoor mee.
Onlangs wilde een acteur de absorptietheorie toepassen, maar de fiscus en ook de rechtbank Noord-Holland gingen hiermee niet akkoord. De looninkomsten van de acteur bedroegen in het jaar namelijk € 46.850, terwijl het winstinkomen bijna € 55.000 bedroeg. Volgens de rechtbank waren de looninkomsten niet van bijkomstige aard, en namen deze geen onderschikte plaats in ten opzichte van de werkzaamheden in het kader van de onderneming.
De absorptietheorie is vrij onbekend, maar daar kan vanwege de coronacrisis zomaar verandering in komen. Zzp’ers zullen momenteel soms vanwege de onzekere toekomst al dan niet parttime een dienstbetrekking vervullen en zullen dan vanwege de fiscale faciliteiten deze inkomsten het liefst als onderdeel van de winst aan willen merken.
Houd er rekening mee dat de werkzaamheden in loondienst moeten samenhangen met de werkzaamheden die je verricht in de onderneming én dat de looninkomsten ondergeschikt moeten zijn.
Heb je vragen over de absorptietheorie? Neem dan gerust contact met ons op.