Had je als werkgever in 2020 recht op het lage-inkomensvoordeel (LIV), het jeugd lage-inkomensvoordeel of het loonkostenvoordeel (LKV)? Dan heb je van het UWV een voorlopige berekening ontvangen. Zorg dat je de berekening nakijkt. Staan er fouten in? Wijzig deze uiterlijk 1 mei.
Bovengenoemde regelingen zijn een tegemoetkoming in de loonkosten voor werkgevers die werknemers met een laag loon, jeugdigen met een laag loon en werknemers met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt in dienst hebben. In de berekening zie je voor welke werknemers je recht hebt op een tegemoetkoming en voor welk bedrag.
De tegemoetkomingen worden gebaseerd op de aangiften loonheffingen. Zit hierin een fout, dan dien je jouw aangifte te corrigeren. Doe je dit niet, dan kan het zijn dat je minder tegemoetkoming krijgt dan waar je recht op hebt. Krijg je door een fout te veel aan tegemoetkoming, dan wordt dit later teruggevorderd. Daarbij kan een boete opgelegd worden en rente geheven.
Voor het LKV heb je een zogenaamde doelgroepverklaring nodig. Was jouw aanvraag op 31 januari 2021 nog in behandeling, dan staat dit LKV niet in de voorlopige berekening. Zodra de doelgroepverklaring LKV wordt toegekend, kun je dit nog tot uiterlijk 1 mei via een correctie doorgeven aan de Belastingdienst.
Kom je in aanmerking voor de overgangsregeling premiekorting oudere of arbeidsgehandicapte werknemer, dan dien je in jouw aangiften over 2020 aan te geven dat je het LKV aanvraagt voor jouw werknemer. Als je dit vergeten bent, is er geen LKV toegekend in de voorlopige berekening. Ook in dat geval dien je uiterlijk 1 mei een correctie naar de Belastingdienst te sturen.
Bij andere onjuistheden in de voorlopige berekening of als je deze naar jouw mening ten onrechte niet hebt ontvangen, dien je contact op te nemen met het UWV. Heb je vragen over de voorlopige berekening? Wij adviseren je graag. Neem gerust contact met ons op.