Met dit nieuwsartikel hebben wij de meest gestelde vragen omtrent auto en fiets van de zaak voor jou op een rij gezet.
In 2023 verandert er niets in de bijtelling voor nieuwe auto’s met een CO2-uitstoot van meer dan 0 gram per kilometer. Deze blijft, net als in eerdere jaren, gehandhaafd op 22%. Wel is de bijtelling voor de elektrische auto veranderd.
Meer bijtelling elektrische auto
De bijtelling voor de volledig elektrische auto is in 2023 16% voor het deel van de catalogusprijs tot € 30.000. In 2022 gold dit percentage nog tot € 35.000 van de catalogusprijs. Voor een auto die duurder is dan € 30.000, geldt een bijtelling van 22% over het meerdere.
Hoe de verhoging voor 2023 uitwerkt, hebben wij hieronder met een voorbeeld toegelicht.
Voorbeeld:
Een werknemer heeft een elektrische auto met een catalogusprijs van € 90.000. De bijtelling tot een catalogusprijs van € 30.000 bedraagt 16% en 22% over de resterende € 60.000, oftewel € 18.000 per jaar. In 2022 zou dezelfde werknemer 16% bijtelling betalen over € 35.000 en 22% over de andere € 55.000, oftewel € 17.700. Dit is een verschil van € 300 per jaar.
Verdere stijging bijtelling
De bijtelling voor elektrische auto’s blijft in 2024 gelijk en gaat in 2025 nog een keer omhoog (zie onderstaande tabel). Vanaf 2026 geldt voor een elektrische auto de reguliere bijtelling van 22%. Deze wordt toegepast over de volledige catalogusprijs. De tussenevaluatie naar emissieloze voertuigen en plug-inhybrides die in maart 2023 is verschenen, leidt niet tot wijzigingen in de regelingen tot en met 2025.
Jaar | Kortingspercentage | Bijtelling na verrekening korting | Catalogusprijs |
2023 | 6% | 16% | € 30.000 |
2024 | 6% | 16% | € 30.000 |
2025 | 6% | 17% | € 30.000 |
2026 e.v. | 6% | 22% | n.v.t. |
De bijtelling wordt vastgesteld voor 60 maanden, geldend vanaf de eerste maand na de maand waarin de auto voor het eerst is toegelaten.
Na afloop van de 60 maandentermijn wordt voor de volledig elektrische auto per jaar bezien of sprake is van een kortingspercentage volgens de op dat moment geldende wet- en regelgeving.
Uitzondering voor auto’s op waterstof
De aftopping van het bijtellingspercentage van 16% voor de cataloguswaarde boven € 30.000 (2023) geldt niet voor auto’s op waterstof of zonne-energie.
Gevolgen voor auto’s uit 2018
Voor auto’s uit 2018 zal in de loop van 2023 de 60 maandenperiode verstrijken. Dit betekent dat auto’s die in 2018 voor het eerst op kenteken zijn gezet, in de loop van 2023 mogelijk met een nieuwe bijtelling te maken krijgen (als de kentekenregistratie pas in december 2018 plaatsvond, is dit pas per 1 januari 2024).
Organisaties met minimaal 100 werknemers moeten vanaf 1 januari 2024 voldoen aan de rapportageverplichting werkgebonden personenmobiliteit (WPM). Jaarlijks dienen zij te rapporteren bij de RVO over het totaalaantal zakelijke kilometers en woon-werkkilometers van werknemers, het soort vervoermiddel en het brandstoftype. De eerste rapportages over 2024 moeten uiterlijk 30 juni 2025 zijn ingediend. Organisaties met minder dan 100 werknemers mogen op vrijwillige basis ook rapporteren. Vanaf 16 mei 2023 kan elke organisatie overigens al op vrijwillige basis rapporteren, de verplichting voor organisaties met minimaal 100 werknemers gaat echter pas in vanaf 2024.
De omgevingsdienst controleert straks of organisaties voldoen aan hun rapportageverplichting.
De verwachte ingangsdatum voor deze regeling was 1 juli 2023, maar deze is dus uitgesteld naar 1 januari 2024.
Voor een ter beschikking gestelde fiets die ook privé kan worden gebruikt, moet jaarlijks 7% van de consumentenadviesprijs als loon worden aangemerkt en belast. Dit geldt ook als de werkgever de fiets leaset en ter beschikking stelt of als de werknemer de fiets zelf leaset en alle kosten vergoed krijgt.
Ter beschikking stellen
De fietsregeling geldt alleen bij het ter beschikking stellen van een fiets. Dit betekent dat de fiets eigendom blijft van de werkgever (of leasemaatschappij bij een leasefiets) en de werknemer de fiets alleen mag gebruiken. Bij het einde van het dienstverband moet de fiets dan ook worden ingeleverd of door de werknemer worden overgenomen.
Overnameprijs
Als de werknemer de fiets na verloop van tijd overneemt, mag de werkgever wat betreft de overnameprijs uitgaan van de prijs bij aanschaf minus een afschrijving van 20% per jaar. Dit betekent dat de fiets na vijf jaar gratis door de werknemer zou kunnen worden overgenomen. Als de werknemer de fiets overneemt, is ook de bijtelling niet meer van toepassing.
Cafetariaregeling toepassen?
Je kunt de fiets ook onderdeel uit laten maken van een cafetariaregeling en deze uitruilen tegen brutoloon. Desgewenst kun je de bijtelling dan ook onderbrengen in de werkkostenregeling. Hiermee behaal je als werkgever mogelijk een extra voordeel, omdat je hierover dan geen premies werknemersverzekeringen verschuldigd bent.
Betalingen aan derden
Betalingen aan derden komen niet in mindering op de bijtelling, maar kun je wel onbelast vergoeden. Dat geldt ook voor de kosten van elektra als de werknemer de elektrische fiets thuis oplaadt.
Accessoires
Het vergoeden of verstrekken van accessoires die verband houden met een ter beschikking gestelde fiets is onbelast. Het gaat dan bijvoorbeeld om een extra slot of het vergoeden van reparatiekosten. De accessoires leiden ook niet tot een hogere bijtelling.
Verzekering
Het bovenstaande geldt ook voor een fietsverzekering. De Belastingdienst gaat er namelijk van uit dat het hier intermediaire kosten betreft, aangezien de fiets eigendom is van de werkgever.
Regenpak
De Belastingdienst meldt dat het vergoeden, verstrekken of ter beschikking stellen van een regenpak in beginsel wel belast is en dat je dit kunt voorkomen door het regenpak onder te brengen in de werkkostenregeling.
Belastingheffing kun je ook voorkomen door het regenpak ter beschikking te stellen en te laten bedrukken met een bedrijfslogo van minstens 70 cm2, omdat het regenpak dan als werkkleding wordt aangemerkt.
Lees ook onze andere updates van de lonenspecial: