14 juli 2025

Meer duidelijkheid over zzp of werknemer: Wetsvoorstel Vbar ingediend

Op 7 juli jl. is het wetsvoorstel Verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden (Vbar) ingediend bij de Tweede Kamer. Dit voorstel beoogt meer duidelijkheid te geven over de criteria die bepalen wanneer iemand als werknemer of als zelfstandige wordt aangemerkt.

Elementen beoordeling werknemerschap

De al bestaande definitie van een arbeidsovereenkomst wordt door het wetsvoorstel nader aangevuld. Momenteel is sprake van een arbeidsovereenkomst als een werknemer persoonlijk arbeid verricht in dienst van een werkgever die aanwijzingen en instructies kan geven (gezagsverhouding) en daarvoor loon ontvangt. In het wetsvoorstel wordt dit aangevuld door aan te geven dat van arbeid verrichten in dienst van een werkgever sprake is als:

  • de arbeid wordt verricht onder werkinhoudelijke of organisatorische sturing door de werkgever, en
  • de werknemer de arbeid niet voor eigen rekening en risico verricht, of de arbeid in mindere mate voor eigen rekening en risico verricht dan dat sprake is van werkinhoudelijke of organisatorische sturing.

WZOP

Het wetsvoorstel Vbar introduceert in de Memorie van Toelichting de WZOP-toets, een nieuw beoordelingskader voor arbeidsrelaties. De WZOP-toets verduidelijkt het gezagscriterium bij arbeidsrelaties en bestaat uit drie elementen:

  1. Werknemer (W): dit element richt zich op signalen van werknemerschap, zoals werkinhoudelijke en organisatorische aansturing door de werkgever. De ‘kernactiviteit’ van de organisatie is uit de beoordeling gehaald om een evenwichtige afweging tussen werknemerschap en zelfstandigheid te maken.
  2. Zelfstandige (Z): hierbij wordt gekeken naar kenmerken van zelfstandig ondernemerschap, zoals het dragen van eigen risico en verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de werkzaamheden.
  3. Ondernemerschap (OP): dit element kijkt naar kenmerken van extern ondernemerschap, zoals het hebben van meerdere opdrachtgevers en het zelfstandig werven van opdrachten.

Rechtsvermoeden werknemerschap

Zzp’ers die minder dan € 36 per uur verdienen, kunnen straks stellen dat ze werknemer zijn en de bijbehorende rechten opeisen. Denk bij dit laatste bijvoorbeeld aan loondoorbetaling bij ziekte, vakantiedagen en ontslagbescherming. Heeft een zzp’er een beroep gedaan op dit rechtsvermoeden, dan verschuift de bewijslast naar de werkgever die moet aantonen dat er toch geen sprake is van een arbeidsovereenkomst. Het is dus een weerlegbaar rechtsvermoeden. Het uurtarief wordt elk jaar aangepast aan de stijging van het minimumloon en afgerond op hele euro’s.

Let op!

De beoogde invoeringsdatum van de wet is 1 juli 2026. De wet moet nog in de Tweede en Eerste Kamer worden behandeld.

Speciaal voor jou

UITGELICHT

Privégebruik auto: bewijs uit voorgaande jaren onvoldoende
Wanneer je met een auto van de zaak niet meer dan 500 km per jaar privé rijdt, hoef je geen bijtelling te betalen. Je moet zelf aantonen onder die grens te blijven. Dat bewijs kun je doorgaans niet leveren door het privégebruik te baseren op cijfers uit eerdere jaren.
Lees verder
arrow right
Wanneer mag je je beroepen op opgewekt vertrouwen bij belastingzaken?
In het belastingrecht gelden niet alleen wetten, maar ook ongeschreven rechtsbeginselen zoals het vertrouwensbeginsel. Dit principe houdt in dat je onder bepaalde voorwaarden mag vertrouwen op toezeggingen van de Belastingdienst. Maar wanneer is er écht sprake van opgewekt vertrouwen? Een recente zaak bij de rechtbank Zeeland-West-Brabant biedt helderheid.
Lees verder
arrow right
Tien ontwikkelingen rond lonen in 2025
De afgelopen tijd zijn er verschillende ontwikkelingen geweest op het gebied van lonen. Wij zetten er tien overzichtelijk voor je op een rij.
Lees verder
arrow right