Uit het Belastingplan 2021 is gebleken dat de winstbelasting voor bv’s volgend jaar verder omlaag gaat. Dit is met name voor het mkb. De aangekondigde lastenverlichting voor het grootbedrijf is daarmee goeddeels aan de neus voorbijgaan.
De vennootschapsbelasting voor nv’s en bv’s kent twee tarieven. Tot een winst van € 200.000 bedraagt dit tarief nu 16,5%, daarboven geldt een tarief van 25%. De tarieven zouden volgend jaar dalen naar respectievelijk 15% en 21,7%, maar laatstgenoemde verlaging gaat niet door.
Wel wordt de komende twee jaar de schijf verlengd waarover het lage Vpb-tarief van 15% geldt. Vanaf 2021 bedraagt het tarief 15% over de eerste € 245.000 winst, vanaf 2022 is dit over de eerste € 395.000 winst.
Door het lagere tarief in de eerste schijf profiteert met name het mkb met een kleinere bv. Bij een winst tot de eerste tariefschijf betaalt een dga over de uitgedeelde winst in totaal slechts 37,9% belasting. Eerst 15% Vpb, en na uitdeling van het restant hierover nog eens 26,9% belasting in box 2. Per saldo is dit 37,9%.
Voorbeeld: bv met winst van € 200.000 in 2021 | |
Vpb 15% | € 30.000 |
Uit te delen winst € 200.000 -/- € 30.000 | € 170.000 |
Belasting box 2 € 170.000 x 26,9% | € 45.730 |
Totaal te betalen belasting € 30.000 + € 45.730 | € 75.730 |
Belastingpercentage € 75.730 / € 200.000 | 37,9% |
Door de tariefsverlaging neemt het verschil met de ondernemer in de inkomstenbelasting toe. Die betaalt namelijk tot 49,5% belasting, al profiteert die ondernemer wel van een aantal faciliteiten. Zo is in de inkomstenbelasting onder meer de eerste 14% van de winst vrijgesteld.