27 februari 2020

Bewijsregels btw-nultarief bij internationale handel

De regels voor de btw als het gaat om grensoverschrijdende transacties binnen de EU zijn per 1 januari 2020 veranderd. Door de veranderde regels wordt het btw-stelsel in de EU-landen geharmoniseerd. Zo zijn de bewijsregels om het btw-nultarief toe te kunnen passen, veranderd.

Je dient als btw-ondernemer twee onafhankelijke stukken te kunnen overleggen om het bewijs van vervoer van de goederen naar de andere lidstaat te kunnen aantonen.

Hoe was het voor 1 januari 2020?

Voor 1 januari 2020 gold ten aanzien van een intracommunautaire levering (ICL-levering) de vrije bewijsleer. Dit houdt in dat een btw-ondernemer vrij is in de wijze waarop deze denkt het bewijs te kunnen leveren voor het toepassen van het nultarief op een levering naar een btw-ondernemer in een andere EU-lidstaat. Het is van belang dat aangetoond wordt dat de goederen zijn vervoerd naar een andere EU-lidstaat en dat de goederen in het andere EU-land worden onderworpen aan de heffing voor deze verwerving. Deze twee voorwaarden mochten op een vrije wijze worden bewezen. Dat hield in dat een btw-ondernemer de boeken en bescheiden die het bewijs konden vormen overal vandaan kon halen, zolang de ICL-levering maar werd bewezen.

Hoe is het per 1 januari 2020?

Vanaf 1 januari 2020 geldt het weerlegbare bewijsvermoeden. Dit houdt in dat twee onafhankelijke stukken, een A- en een B-document, tezamen moeten aantonen dat het vervoer ter zake van de ICL-levering daadwerkelijk heeft plaatsgevonden.

Indien de Belastingdienst over informatie beschikt die het door de btw-ondernemer aangevoerde bewijs tegenspreekt, vervalt het bewijsvermoeden. Het vervallen van het bewijsvermoeden houdt in dat een btw-ondernemer opnieuw met bewijs moet komen voor de toepassing van het 0%-tarief. Indien de btw-ondernemer niet opnieuw bewijs kan leveren voor het vervoer ten aanzien van de ICL-levering, geldt het btw-tarief van 0% voor de levering aan een btw-ondernemer in een andere EU-lidstaat niet.

Tip!
Voorgaande houdt in dat een ondernemer moet beschikken over een goed onderbouwd bewijs met documenten uit een goed onderhouden administratie.

Categorie A-bewijsstukken

Dit zijn documenten met betrekking tot de verzending of het vervoer van de ICL, zoals een ondertekende CMR-vrachtbrief, een cognossement, een factuur voor het luchtvrachtvervoer van de goederen of een factuur van de vervoerder van de goederen.

Categorie B-bewijsstukken

Vervolgens moet er een ander document worden aangeleverd die niet tegenstrijdig is met het bewijsstuk van categorie A. Tevens moet bewijsstuk B zijn vrijgegeven door een onafhankelijke partij en mag deze niet zijn vrijgegeven door dezelfde persoon/rechtspersoon die bewijsstuk categorie A heeft aangeleverd, bijvoorbeeld:

  • een verzekeringsovereenkomst voor de verzending of het vervoer van de goederen of bankdocumenten die de betaling van de verzending of het vervoer of de verzending staven;
  • officiële documenten uitgereikt door een openbare instantie zoals een notaris, waarin de aankomst van de goederen in de lidstaat van bestemming wordt bevestigd;
  • een ontvangstbewijs van een entrepothouder.

Samenvattend

Btw-ondernemers die goederen leveren aan btw-ondernemers in andere EU-lidstaten, moeten vanaf 1 januari 2020 voldoen aan de gewijzigde regels rondom grensoverschrijdende transacties binnen de EU, willen zij het nultarief voor de btw kunnen toepassen. Een btw-ondernemer die handelt volgens de voorschriften voorkomt eventuele boetes en/of naheffingsaanslagen die niet weerlegbaar zijn.

De vier quick fixes

De wijzigingen om het btw-stelsel te harmoniseren, betreffen vier zogeheten quick fixes. De eerste is het verplicht stellen van het btw-identificatienummer van de afnemer op de factuur voor toepassing van het btw-nultarief. De tweede is de vereenvoudiging van ketentransacties, de derde is de bewijsvoering voor intracommunautaire leveringen en ten slotte zijn er gewijzigde regels als het gaat om voorraden op afroep.

Heb je vragen over de veranderde regels of de bewijsregels? Neem gerust contact met ons op.

Hoelang moet je je financiële administratie bewaren?
Staat jouw archief of online database ook vol met administratie van veel jaren? Heel goed, want je bent verplicht je financiële administratie 7 jaar te bewaren. Dit is de fiscale bewaarplicht. Zo kan de Belastingdienst de administratie controleren wanneer zij een aangifte niet vertrouwd of documentatie opvragen voor een onderzoek bij een van jouw zakenpartners of leveranciers. Maar let op, voor sommige documenten geldt een bewaartermijn van 10 jaar. Welke documenten zijn dit? Hoe zit het als je je financiële administratie uitbesteed of als je je bedrijf beëindigt?
Lees verder
arrow right
John Karel

John Karel

Belastingadviseur

Sandra Groenenboom

Sandra Groenenboom

Managementassistente

Intern relatiebeheerder pensioen en inkomen
Bij Omnyacc is elke dag een nieuwe kans om onze klanten te ondersteunen bij hun pensioen- en inkomensvragen en wensen. Als intern relatiebeheerder pensioen en inkomen maak jij het verschil. Het is niet alleen belangrijk maar zelfs essentieel dat wij onze klanten bijstaan in het plannen van hun pensioen en het beschermen van hun inkomens. Jij bent de expert die ze door deze materie kan leiden en helpt weloverwogen beslissingen te nemen.
Lees verder
arrow right
Melanie Schintz-Privée

Melanie Schintz-Privée

Registeraccountant