Heb je voor de aankoop van je eigen woning geld geleend bij familie of jouw bv? Vergeet dan niet de rente af te trekken. Als je het vergeet is niet in alle gevallen te herstellen volgens de Belastingdienst. Een adviseur van de Hoge Raad adviseerde de Hoge Raad onlangs echter om de aftrek van rente toch toe te staan.
Voor aftrek van rente voor geldleningen voor jouw eigen woning gelden een aantal voorwaarden. Als je geen geld leent van een financiële instelling, maar bijvoorbeeld van een familielid of jouw eigen bv, gelden ook nog aanvullende voorwaarden.
Wat zijn die aanvullende voorwaarden? Je moet dan jaarlijks bij jouw aangifte inkomstenbelasting extra gegevens verstrekken, zoals de hoogte van de schuld, de rente, de wijze van aflossing en de gegevens van degene van wie je het geld leende. Verstrek je deze gegevens niet, dan is de rente niet aftrekbaar.
Het komt voor dat belastingplichtigen vergeten rente voor de eigen woning in aftrek te brengen in hun aangifte inkomstenbelasting. Als een belastingplichtige daar binnen vijf jaar na afloop van het jaar waarop de aftrek betrekking heeft, achter komt, is herstel mogelijk via de weg van zogenaamde ambtshalve vermindering.
De Belastingdienst weigert in het geval van leningen bij een niet-financiële instelling dit herstel echter omdat de benodigde aanvullende gegevens dan niet bij de aangifte zijn verstrekt. Gevolg: de rente is niet aftrekbaar. Een adviseur van de Hoge Raad is echter van mening dat de benodigde aanvullende gegevens in zo’n geval ook na de aangifte inkomstenbelasting nog verstrekt kunnen worden. De adviseur adviseert de Hoge Raad om te oordelen dat herstel toch mogelijk is en de rente in aftrek toe te laten.
De Hoge Raad moet nog een oordeel uitspreken. In afwachting daarvan lijkt het raadzaam om al een verzoek om ambtshalve vermindering in te dienen in afwachting van dit oordeel. Zeker als je nog rente wil aftrekken voor het jaar 2016, is het verstandig om in 2021 nog een verzoek om ambtshalve vermindering in te dienen. Doe je dit verzoek ná 2021, dan kan de Belastingdienst dit verzoek namelijk alsnog afwijzen omdat dit niet binnen maximale termijn van vijf jaar na afloop van 2016 is ingediend. Mocht de Hoge Raad dan positief oordelen, dan kun je daarop geen beroep meer doen.
Zolang nog geen zes weken verstreken zijn na dagtekening van de definitieve aanslag, kun je altijd verzoeken om de rente alsnog in aftrek te brengen. De Belastingdienst staat dit nu al toe, dus hiervoor hoef je niet te wachten op het oordeel van de Hoge Raad.